Geslaagd

Geslaagd!

Zestien lentes jong is ze en gister kreeg ze haar gymnasiumdiploma uitgereikt.
Stralend zie ik haar zitten op het podium.
In een rokje met een bloes (“ik haat jurkjes”) en platte schoenen om haar lengte te verkorten.
De mentor heeft een algemeen praatje. Een gemiste kans om mijn kind even in het zonnetje te zetten. Één straaltje maar was al genoeg geweest. Gewoon omdat ze het verdient. Al die jaren zo hard en serieus gewerkt, zo jong en zo wijs. Soms zo kinderlijk en ook volwassen tegelijk. Door de faalangst had ze het eindexamen beneden verwachting gemaakt en zich toch weer bijelkaar gepakt en dan onder nóg grotere druk het herexamen glansrijk halen. Karakter getoond!
Naast haar op het podium zit, net zo stralend zit haar beste vriend. Cum laude geslaagd, maar de mentor spreekt zijn naam verkeerd uit en roemt niets van zijn prestaties.
Ik zie ze zitten en krijg een warm gevoel van binnen : Jip en Janneke. Maatjes vanaf de basisschool. De school waar ze op kwam in groep zeven, toen we eindelijk de moed hadden van school te wisselen…

We zijn van school gewisseld omdat ze gepest werd.
Als je jong, mooi en slim bent en niet in een hokje te stoppen bent, omdat je niet van K3 en dansen houdt, liever met jongens speelt en geen lange haren hebt, snappen kinderen dat niet. Een vreemde eend, die snater en pest je de vijver uit…

Ze is twee jaar als ik met haar op het consultatiebureau zit.
” Praat ze goed?”vraagt de verpleegkundige terwijl ze naar mijn zwijgende kind kijkt.
” Ja, ik denk het wel, wat is normaal?” antwoord ik.
” Ze moet nu ongeveer 5 zelfstandige naamwoorden duidelijkheid kunnen uitspreken en daar de betekenis van snappen” legt ze uit.
Ik schrik. Vijf woorden? Dát is de norm? Dat is ” normaal?”
Ik knik, ja dat kan ze wel.
Eenmaal thuis pak ik een blaadje en schrijf alle woorden op die ze kent. Het zijn er ruim 80.
Steeds vaker valt daarna op dat ze wel “erg vlot” is.
Maar ja, ze is onze oudste en wij vinden het allemaal redelijk normaal. Wij vinden andere kinderen vaak sloom en onwetend.
Hoe beter ze leert praten, hoe meer ze vraagt. Haar zucht naar kennis is een bodemloze put. Ze vindt álles interessant en tot in detail wil ze weten hoe het leven en de wereld in elkaar steekt.
Als ze drie is, is ze volledig gefrustreerd omdat haar motoriek haar gedachten en ideeën niet bij kunnen houden: ze kan van een vouwblaadje geen kikker vouwen! Knippen en fietsen kan ze niet, terwijl ze ons uitlegt hoe het moet.
Als ze vier is wandelen we langs de rivier en vraagt ze hoe het kan dat het water stroomt en niet stilstaat, waar het water vandaan komt en na mijn antwoord vraagt ze hoe bergen dan ontstaan.
Langzaam maar zeker groeit het besef dat we een bovengemiddeld slim kind hebben.
Toch duurt het nog jaren voordat we het hardop uitspreken en accepteren.
We zijn van binnen trots en van buiten onverschillig. Van binnen zijn we bang voor potentieel extra kinderverdriet en problemen, van buiten doen we zelfverzekerd. Zou daar ons voorbeeldgedrag naar haar gegroeid zijn? Ik vraag het me wel eens af.

Op de basisschool ziet juf Karin dat onze dochter beter een vroege dan een late leerling kan worden en schuift haar een klasje door, zodat ze anderhalf jaar kleutert in plaats van de twee en een half jaar, dat past bij een novemberkind. Zij durft dat. Zij heeft vertrouwen in haar. Topjuf!
In groep drie loopt ze vast. Ze kan lezen, maar mag tot de kerst niet op haar eigen nivo lezen, omdat het belangrijk is alle stappen door te lopen…
Op school ” leert” ze “boom roos vis” en thuis lezen we verhaaltjes.
Iemand zegt dat we haar IQ moeten laten testen, dus vragen we het op school na.
Nee, dat heeft een zin; ze is te jong. We vertrouwen op de expertise van de leerkrachten.
Ondertussen maakt ze ruzie op school met kinderen die niet weten wat de helft van honderd is.
Zestien jaar geleden waren er nauwelijks plusklasjes. leonardoscholen of speciale programma’s voor vlotte kinderen. Alleen het woord ” hoogbegaafd” had al een lading. Vooral één die snel geassocieerd werd met ” daar heb je weer van die ouders die denken dat hun kind bijzonder is”
We hebben tot op de dag van vandaag dit stempel ook nooit durven gebruiken voor ons kind.
Wanneer de verveling in groep 3 serieus toeslaat, komen de leerkrachten terug op hun mening dat testen geen zin heeft. Er wordt besloten om didactische toetsen af te nemen om haar nivo te testen.
Steeds vaker vertelt onze dochter dat ze geen beurt krijgt, terwijl zij toch echt keurig haar vinger had opgestoken en als enige in de klas wist hoe je jam moest spellen. Wat zielig!
Dus we zijn blij met de test.
Eind groep 3 scoort ze het cito B nivo van midden groep 5. Behalve voor rekenen, daar loopt ze ” maar” een half jaar in voor.
Pff en nu? Toch maar een psychologisch onderzoek met IQ test. Ze weten niet wat wijsheid is. Ze nemen geen standpunt in. Ze zijn tegen klassen overslaan op deze basisschool. Wij hebben al helemaal geen idee, we zijn bang om fout te kiezen.
Op school verveelt ze zich stierlijk en thuis zuigt ze ons leeg. Ze gebruikt onze kennis en ervaring als een encyclopedie. Het is boeiend en uitdagend maar ook doodvermoeiend.
Sociaal gezien moet ze veel leren. Haar omgeving werkt hierin helaas niet mee.
Haar voorkeur voor jongensvriendjes ipv meisjes wordt door de ventjes in de klas zeer gewaardeerd, maar hun moeders zijn minder enthousiast. Ze vinden het raar en boycotten onderling gemaakte speelafspraakjes. Ze “sturen” hun zonen naar elkaar en onze dochter staat vaak alleen. Au!

Sociaal emotioneel moeten we haar bewust maken van situaties en gedrag.
We besluiten daar in de opvoeding de focus op te leggen.
Het leren komt wel, daar zijn we van overtuigd. Deze kinderen hebben een intrinsieke nieuwsgierigheid die ze aan het leren zet. Motiveren en sociaal opvoeden, dat is de grootste taak waar we onszelf voor zien.
Ze heeft niet van nature de sociale vaardigheden. Ze volgt geen voorbeeldgedrag. Toch hoeven we haar steeds maar 1 x bewust te maken en het gaat vanzelf! Ze voelt op de een of andere manier het belang van deze competentie. Gelukkig is ze niet autistisch…

Uit de test komt dat onze zesjarige ” meerbegaafd” is. Wat een prachtwoord. “meerbegaafd” , meer IQ? meer nieuwsgierigheid? meer kennis, maar ook meer zorgen?In het bijgesloten rapport schetst de psycholoog een kind dat wij herkennen als het onze. Het is glashelder, zwart op wit staan haar talenten en valkuilen omschreven.
En…ook een advies! Ja! iemand die gewoon zegt:” dit is er aan de hand en dit moet je doen.”
Het advies is doorplaatsen van groep 3 naar groep 5. Ze moet zsm bij ” geestelijk gelijken” komen en leren fouten te maken.
School durft het niet aan. Didactisch zat ze immers op nivo midden groep 4, stel je voor dat ze een achterstand in rekenen zou oplopen!
Ze besluiten haar in compacte vorm een half jaar rekenen te laten doorlopen in zes weken tijd. Elke dag moet ze alleen aan een tafeltje toetsen doorwerken en rekenen. Dag in dag uit. Om te ” bewijzen” dat ze het kan.
Ze wil het en kan het en gaat na de vakantie naar groep vijf.
Wat is ze blij! Eindelijk zal ze geschiedenis en aardrijkskunde krijgen. De interessante vakken. Ze heeft er zin.
In haar nieuwe groep vinden ze haar gek. Ze is te jong, ze krijgt geen kans. In het begin pesten ze haar niet, maar ze hoort er niet bij.
Als ze de klas in komt gaat ze tekenen. Zes weken lang zit ze ’s morgens te tekenen, in afwachting van de komst van de leraar, terwijl de rest van de kinderen met elkaar praten, speelgoed uitwisselen en afspreken.
Daarna begint het buitensluiten en pesten.
Ons prachtige zelfverzekerde kind verandert in een kwetsbaar boos meisje, dat weinig lacht en sociaal overleeft. We zien het met lede ogen aan. Proberen haar te harden en contact te laten maken. We praten met ouders en leraren. Iedereen ontkent het pesten.
Uiteindelijk vindt ze aansluiting bij twee meisjes die ook enigszins buiten de groep vallen.
Ze stopt met leren haalt alleen nog C en D scores. We hebben spijt, maar zien ook niet hoe het dan had gemoeten, er is geen weg terug…
Voor het eerst in mijn leven haat ik kinderen. Ik zou ze het liefst opwachten, kaal scheren en uit laten lachen. Ik wil ze kwetsen en pijn doen! ik heb geen idee hoe ik mijn kind kan beschermen en voel me machteloos.
Na groep 6 gaat de school sluiten, hij is te klein geworden om te mogen blijven bestaan.
We besluiten niet mee te gaan naar de andere locatie, maar van school te wisselen.

Op de andere basisschool komt ze godzijdank in een warm nestje. De leerkrachten vangen haar grandioos op. herkennen haar faalangst en sturen op tijd bij. Ze maakt snel vrienden en de kinderen uit haar klas vinden haar niet gek, maar te gek. Ze hoort erbij! Al gauw heeft ze stille aanbidders en heuse verkering ( ik kan toch geen nee zeggen mam, hij heeft er zoveel werk van gemaakt!)
Ze gaat aan het werk en haalt de Cito D scores weer op naar A en B.
Langzaam krijgen we ons blije nieuwsgierige kind terug.

De stap naar het gymnasium was de meest logische, ookal is ze dan pas tien jaar oud. Samen met haar beste vriend gaat ze naar Arnhem. Jip en Janneke. Ze leunen op elkaar, maar maken eigen vrienden. Soms ver weg, soms dichterbij, ze hebben altijd elkaar.
De passie van de leerkrachten is honing voor haar ziel. Ze mag op deze school leren leuk vinden. De meesten vinden dat. Ookal zeg je dat natuurlijk niet hardop, want dat is niet cool.
De exacte vakken zijn pittig. Ik ben er van overtuigd dat sommige hersenontwikkelingen niets met IQ te maken hebben. Zoals het vermogen om abstract en exact te denken. Het brein moet hierin een groei doormaken die met kalenderleeftijd samenhangt ( de genieën op dit gebied buiten beschouwing gelaten) pas in de vierde, vijfde klas gaan deze vakken wat soepeler . Ze is dan 14.
Ze kiest toch een exact pakket omdat ze dat leuker vindt en waarschijnlijk arts wil worden. Ze maakt het zichzelf niet makkelijk, maar het lukt! Ze is geen hoogvlieger, maar gaat elk jaar keurig over. Ik voel dat er twee jaar van mijn moederschap afgepakt zijn, het gaat zo snel! Heel egoïstisch hoop ik elk jaar dat ze een keer blijft zitten.

Nu is niet haar IQ, maar haar leeftijd een eeuwige handicap. Ze kan niet met haar vrienden stappen wanneer zij 16 zijn en zij 14. En na invoering van de nieuwe wet is zij nog 16 en de rest 18…
Bij de hockey wordt ze consequent op leeftijd ingedeeld in een team. Dit is om het jaar een probleem omdat haar teamgenootjes dan wel heel “jong” zijn.
Als ouders leren we, dat het geen zin heeft om de omgeving aan te willen passen. Ze zal moeten leren, dat zij zich handhaaft in de geboden omgeving.
Ze ontwikkelt zich in razend tempo. Binnen de vriendengroep is ze vaak de organisator, de BOB en de verstandigste. Zo volwassen…
Voor zichzelf is ze echter geregeld nog zoekende. De ontdekking dat een groot deel van de samenleving dommer is dan jij is raar. Ze mag niet veroordelen, maar doet het instinctief wel. Hoewel ze toch een enorm empathisch vermogen heeft, begrijpt ze andere mensen ook vaak niet. Voor haar is het onvoorstelbaar dat iemand ergens NIET in geïnteresseerd kan zijn. We praten veel.

Het eindexamenjaar gaat goed. Met mooie cijfers uit de schoolexamens gaat ze de spannende examentijd in.
Ze is nerveus en dat merken we. Ze moet zich weer ” bewijzen”
Want ze weet al wat ze hierna wil: rechten studeren in Nijmegen!

Het gaat niet goed!
Als ze het telefoontje krijgt dat ze een her heeft, zijn we allemaal met stomheid geslagen. Niemand had het verwacht. De leerkrachten niet, zijzelf niet en wij dus ook niet. Haar examenangst heeft haar toch de das omgedaan.
Hoe kan het?! Hoe kun je zo begaafd zijn en zo bang en onzeker op momenten dat het er op aan komt? Ik wijt het aan haar verleden. De pestperiode.
Haar wereld stort in en wij staan machteloos. Alles wat we haar ooit geleerd hebben slaat nu nergens op. Als je hard werkt wordt je dus niet standaard beloond…
Toch heeft ze slechts een paar uur en een goed gesprek met Jip nodig om zichzelf bijelkaar te rapen en er weer voor te gaan. Ze besluit Latijn te herkansen. Ze wil geen gymnasiumdiploma met een onvoldoende voor Latijn.
Terwijl haar vrienden feesten, leest zij Ovidius en de metamorfose voltrekt zich.
Redelijk ontspannen maakt ze haar herexamen.
Op de dag van de uitslag zijn we allemaal zenuwachtig. We durven niet meer te hopen. Het vertrouwen is er wel, maar heeft zich even verstopt.
Als ze gebeld wordt, hoor ik de stem aan de andere kant alleen maar ” ..slaag” zeggen.
Emoties vechten in mijn lijf om voorrang. Opluchting, verdriet om verleden en hoop voor de toekomst, en vooral …trots!

Mijn kind lacht, maar ik begin te huilen en kan niet meer stoppen.

Geplaatst op 27 oktober 2023, in mama Anna, verhalen en getagd als , , , , , . Markeer de permalink als favoriet. Een reactie plaatsen.

Plaats een reactie